"Privacyschild 2.0"? - Eerste reactie door Max Schrems
Vandaag hebben Commissievoorzitter Ursula von der Leyen en president Biden een "principeakkoord" aangekondigd over een nieuw systeem voor gegevensuitwisseling tussen de EU en de VS.
Enkele feiten vooraf:
- Er is slechts sprake van een politieke aankondiging, niet van een tekst die kan worden geanalyseerd. Voor zover noyb op de hoogte is, bestaat zo'n tekst nog niet en zal het nog een paar maanden duren voor hij wordt opgesteld.
- Waarschijnlijk wordt hier een "principeakkoord" bedoeld: de juristen moeten nog oplossingen vinden voor de problemen die het Hof van Justitie (HJEU) aan de orde heeft gesteld. Tot dusver zijn er ondanks twee jaar besprekingen geen volledig werkende oplossingen geleverd.
- Wat noyb hoort is dat de VS niet van plan zijn hun surveillancewetten te veranderen, maar alleen voorzien in geruststellingen van de uitvoerende macht (waarbij EU-taal als "proportionaliteit" wordt gebruikt). Het is onduidelijk hoe dit in de verste verte de toets van het HvJEU kan doorstaan, aangezien de Amerikaanse surveillance al eerder door het HvJEU als niet "evenredig" werd beschouwd. Eerdere overeenkomsten zijn op dit punt twee keer mislukt.
- Er lijkt geen update te komen van het "Privacy Shield"-beginsel voor commercieel gegevensgebruik, ondanks de inwerkingtreding van de GDPR sinds de goedkeuring van het Privacy Shield.
- Een nieuwe overeenkomst zou geen bilaterale overeenkomst zijn, maar een uitvoeringsbesluit van de Europese Commissie, dat eerst moet worden getoetst door het Europees Comité voor gegevensbescherming (EDPB). Dit proces kan pas in gang worden gezet als er een wetstekst is. Voor een daadwerkelijk "adequaatheidsbesluit" zijn dus nog een paar maanden nodig.
- Bedrijven kunnen geen gebruik maken van een overeenkomst totdat deze formeel is goedgekeurd, wat maanden zal duren.
- Een besluit kan snel worden aangevochten bij het Europees Hof van Justitie. De Noyb verwacht een nieuwe overeenkomst die niet aan de eisen van de EU-wetgeving voldoet, binnen een paar maanden terug te kunnen halen bij het HJEU, bijvoorbeeld via civiele procedures en voorlopige bevelen. Het HJEU kan zelfs voorlopige maatregelen nemen als een overeenkomst duidelijk in strijd is met eerdere arresten.
- Al met al lijkt een politieke aankondiging zonder solide tekst voorlopig nog meer rechtsonzekerheid te genereren.
Verklaring:
"We hebben in 2015 al een puur politieke deal gehad die geen rechtsgrondslag had. Zo te horen zouden we nu voor de derde keer hetzelfde spel kunnen spelen. De deal was blijkbaar een symbool dat von der Leyen wilde, maar heeft geen draagvlak onder deskundigen in Brussel, omdat de VS niet bewogen. Het is vooral stuitend dat de VS de oorlog tegen Oekraïne zouden hebben gebruikt om de EU in deze economische kwestie onder druk te zetten."
"De definitieve tekst zal meer tijd nodig hebben, zodra die er is zullen we hem grondig analyseren, samen met onze juridische deskundigen uit de VS. Als het niet in overeenstemming is met de EU-wetgeving, zullen wij of een andere groep het waarschijnlijk aanvechten. Uiteindelijk zal het Hof van Justitie een derde keer beslissen. Wij verwachten dat dit binnen enkele maanden na een definitieve beslissing weer bij het Hof zal liggen."
"Het is betreurenswaardig dat de EU en de VS deze situatie niet hebben aangegrepen om tot een 'no spy'-overeenkomst te komen, met basiswaarborgen onder gelijkgestemde democratieën. Klanten en bedrijven worden geconfronteerd met nog meer jaren van rechtsonzekerheid."
- Max Schrems, erevoorzitter van noyb en hoofdaanklager in de zaken "Schrems I" en "Schrems II" voor het HvJEU.